Interview
Maaike Tindemans
Tekst:
Maaike Tindemans
Verwachte leestijd: 7 min

Valwind Leersum: ‘Dit is wat de klimaatcrisis met een dorp doet’

Op 18 juni 2021 veranderde Leersum in 1 minuut in een rampgebied. Door een valwind vielen er – vanuit het niets – zo’n 75.000 bomen om op mensen, op auto’s met mensen erin, op huizen en op andere eigendommen. Hoe hebben de inwoners van Leersum deze ramp ervaren? Wat ging er goed in de crisisaanpak? En wat had beter gekund?

We spreken journalist Edith Hazelzet, die zelf in Leersum woont. Zij interviewde bijna 100 betrokkenen en schreef het boek ‘Alsof de hemel naar beneden kwam’.

“Doe iets aan het ramptoerisme”, zegt ze, als ik haar vraag naar haar belangrijkste aanbeveling voor crisisteams bij een volgende natuurramp. “Want daar hebben we erg veel last van gehad. We werden op vrijdag 18 juni overvallen door de valwind. Op zaterdag werd de hulpverlening stilgelegd, omdat de ramptoeristen het werk onmogelijk maakten.

Edith Hazelzet interviewde bijna 100 betrokkenen en schreef het boek 'Alsof de hemel naar beneden kwam'. Foto: Lyander Schmitz

Ze liepen niet alleen praktisch in de weg. Het was ook emotioneel belastend dat ze er waren. Ze huurden elektrische scooters om ondanks alle afzettingen door ons dorp te rijden. Ze filmden met drones en liepen de winkels binnen om te vragen waar het het ergste was.

Dit hield bij de zwaarst getroffen plekken maandenlang aan. Het was echt onbeschaamd. Ze liepen onder de linten door en vulden shoppers met hout voor hun eigen open haard. Een inwoner van Leersum vertelde dat hij de drones boven zijn tuin op een gegeven moment echt zat was. Hij heeft een bord ‘Verboden toegang voor onbevoegden’ uit de grond getrokken en voor zijn tuin neergezet.

Ramptoeristen kwamen naar Leersum, bijvoorbeeld om gratis hout te halen. Ze liepen onder linten door en vulden hun shoppers.

We zouden er als dorp veel aan gehad hebben als bijvoorbeeld het leger geholpen had om de ramptoeristen tegen te houden. Ik begreep dat het crisisteam van de gemeente Defensie wel heeft gevraagd om te helpen, maar dat dat verzoek niet gehonoreerd is. Zij zouden bij uitstek een partij zijn geweest die de uitstraling en de vaardigheden heeft om dit te doen.”

Voor het boek ‘Alsof de hemel naar beneden kwam’ heb je een kleine honderd mensen geïnterviewd. Je hebt gesproken met de getroffenen én met de hulpverleners. Kun je iets noemen dat goed ging in de aanpak van deze crisis?
“Het afsluiten van de natuurgebieden ging erg goed. Dat komt omdat deze gebieden tijdens de coronacrisis ook afgesloten moesten worden vanwege de te hoge recreatiedruk. Daar is van geleerd en daardoor was dat nu razendsnel geregeld.

De valwind zorgde voor wanorde in de straten. Foto: Richard de Boorder

Ook de snelle herplant pas positief. Dit was financieel en tijdtechnisch een uitdagend traject voor de gemeente. De herplant is belangrijk geweest voor de verwerking van de ramp. Het herstel van het openbaar groen in het dorp en het bos, al komen de nieuwe boompjes niet in de buurt van de reuzen die om zijn, verzacht de pijn een beetje, in een dorp dat in 1 minuut blijvend van uiterlijk veranderde.”

En kun je iets noemen dat beter kon?
“Er waren dingen die minder soepel liepen. We hadden bijvoorbeeld een crisisteam buitengebied waarin zestien terreinbeheerders zoals Staatsbosbeheer, het Utrechts Landschap en de landgoedeigenaren, samenkwamen. Maar er was niemand die hen allemaal kon vertegenwoordigen, zoals andere partijen wel met een mond vertegenwoordigd zijn in een CoPI. Het is dus belangrijk dat je elkaar van tevoren kent, zodat je elkaar tijdens een crisis snel weet te vinden en zodat je iemand kunt aanwijzen die in het crisisteam namens alle organisaties kan spreken.

De crisis werd tot diep in de nacht gecoördineerd vanaf de parkeerplaats bij het winkelcentrum. Foto: Robin Pulles

De gemeente Utrechtse Heuvelrug wijst er bovendien op hoe belangrijk het is om niet alleen medewerkers uit verschillende disciplines op hard piket te hebben om zo’n crisis aan te kunnen. Daar hoort ook een achtervang bij. Veel opgeroepen medewerkers wonen in dit gebied. Zij waren zelf ook getroffen door de ramp. Bovendien heeft de nasleep van de crisis wekenlang geduurd. Je hebt mensen nodig die kunnen aflossen of inspringen bij uitval.”

Hoe was de communicatie van de overheid naar de burgers toe?
“Net als de veiligheidsregio later aangaf in haar evaluatie vond ik de communicatie van overheidswege laat en inhoudelijk niet sterk. Het eerste bericht dat tot sommige inwoners kwam, ging over barbecueën. De brandweer schreef op social media dat gaslucht en BBQ niet samengingen. Dat riep veel vragen op, want: ‘Waar zijn die gaslekken dan?’ en ‘Welke risico’s geeft dat nog meer?’.

De omvallende bomen trokken de ondergrondse infrastructuur kapot. Foto: Hennie Schuilenburg

Pas na 2 uur en drie kwartier kregen we een eerste pushbericht van de overheid via een NL Alert. Vanwege overbelasting van de meldkamer mochten we geen 112 meer bellen, alleen in levensbedreigende situaties. Dan laat je de inschatting daarvan tijdens een ramp over aan de burger.

De berichten lieten naar mijn mening ook inhoudelijk te wensen over. We kregen twee keer een verontrustend bericht met twee keer een verbod erin. De getroffenen kregen de meeste en de belangrijkste informatie van elkaar.

Het zou fijn geweest zijn als we van de overheid te horen hadden gekregen: ‘We weten wat er aan de hand is en we zijn met man en macht aan het werk om jullie te helpen. Maar heb geduld. Er moeten heel veel mensen dringend geholpen worden’.

Ook vonden veel inwoners het raar dat de brandweer hen voorbij reed. Ze realiseerden zich niet dat de ramp op andere plekken erger was dan bij henzelf. Het zou goed geweest zijn als de overheid dat beter had uitgelegd.”

Wat was de kracht van Leersum? Waar hebben de inwoners van Leersum veel aan gehad tijdens deze ramp?
“De sociale cohesie. Leersum heeft een rijk verenigingsleven. Mensen kennen elkaar en weten elkaar te vinden. Dat heeft in deze crisis zijn meerwaarde bewezen. We hebben bijvoorbeeld het dorpscentrum De Binder. Dit werd tijdens de ramp meteen een natuurlijk punt waar mensen naartoe gingen. De eerste 2,5 week konden ze hier terecht met al hun vragen.

Deze weg is door de omgevallen bomen niet meer zichtbaar. Foto: Hannelieke van de Beek

Ook kwamen er veel spontane hulpacties op gang. De burgemeester vertelde me dat hij op dat moment geen tijd had om al die acties de ondersteuning te geven die ze verdienen. Maar omdat mensen elkaar kennen, lukte het toch om die acties van de grond te krijgen.”

Andere gebieden in Nederland kunnen de komende jaren ook te maken krijgen met een grote natuurramp, zoals een valwind. Kun je iets noemen dat belangrijk is tijdens of na zo’n ramp?
“Dat de media de ramp ziet en het beeld op de juiste manier weergeeft. Drie weken na de valwind kreeg Limburg te maken met hoogwater. Dit werd na 3 dagen al uitgeroepen tot een nationale ramp. Giro 555 werd geopend en de mensen van het getroffen gebied konden aanspraak maken op de Wet tegemoetkoming schade bij rampen.

De valwind in Leersum werd in eerste instantie opgepikt door de media maar de cijfers die zij publiceerden klopten niet. De media meldden bijvoorbeeld dat er een paar honderd bomen om waren en enkele tientallen huizen beschadigd. In werkelijkheid lag dit aantal veel hoger. Ongeveer een kwart tot een derde van alle woningen in Leersum had volgens lokale schade-experts een vorm van schade door de ramp: van afgewaaide dakpannen tot onbewoonbare huizen en alles wat er tussenin zit.

Ongeveer een kwart tot een derde van alle woningen in Leersum had een vorm van schade door de ramp: van afgewaaide dakpannen tot onbewoonbare huizen en alles wat er tussenin zit. Foto: Nannie van der Wal

De belangstelling voor Leersum verwaterde vanaf het moment van de overstromingen in Limburg. Ik ben ervan overtuigd dat er anders naar de ramp met de valwind was gekeken, als de cijfers die ik voor het boek – na uitgebreid onderzoek - achterhaalde meteen bekend waren geweest. Dat geldt ook voor het beeld dat het kabinet of het ministerie van Binnenlandse Zaken had. Zij hebben bijna 1,5 jaar na de ramp slechts 150.000 euro bijgedragen aan een schade van bijna 14 miljoen. En dan heb je het alleen nog maar over verzekerbare schade.

Aan de andere kant, later hoorde ik van de burgemeester dat het misschien wel goed is geweest dat de valwind niet als nationale ramp werd bestempeld. De getroffen mensen in Limburg hebben lang op een tegemoetkoming voor hun schade moeten wachten. Wij konden veel sneller beginnen met het herstel omdat we geen formele stappen hoefden te doorlopen om een tegemoetkoming te krijgen.

Een van de huizen die onbewoonbaar werd verklaard

We hebben daarbij wel het geluk gehad dat verschillende hogere overheden ons op eigen initiatief snel hielpen. Zo heeft de provincie Utrecht 1,5 miljoen euro beschikbaar gesteld voor de herplant van bomen. Daarnaast heeft Staatsbosbeheer 1,3 miljoen euro gekregen uit de rampenpot van hun ‘moederministerie’ van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Die steun was belangrijk want de gemeente en terreinbeheerders hadden zelf geen budget gehad om de schade snel te herstellen.”

Kun je nog een element noemen dat belangrijk is na zo’n ramp?
“Ja, slachtofferhulp. Na de valwind lag de focus op de materiële kant. De mentale impact was groot en daar is nauwelijks aandacht voor geweest. Daardoor zijn er mensen in de zorg beland. Dit had waarschijnlijk voorkomen kunnen worden door bijvoorbeeld direct na de ramp lotgenotengroepen op te zetten.

De ramp heeft bovendien oude – niet goed verwerkte - trauma’s getriggerd, bijvoorbeeld bij mensen met reeds gediagnosticeerde PTSS of trauma’s uit de Tweede Wereldoorlog. Deze mensen hebben lang op een wachtlijst gestaan en krijgen nu pas therapie. Tijdens hun intakegesprek worden zij niet altijd begrepen. Veel zorgverleners beseffen niet hoe heftig de valwind is geweest.”

Wat maakte deze ramp mentaal zo belastend?
“Er waren mensen die zeiden: ‘Het geluid was het allerergste’. Net na de valwind hoorden ze tientallen sirenes door elkaar, naast massa’s kettingzagen en zagen ze helikopters die maar boven het dorp bleven cirkelen. Ze dachten soms dat dit de media waren, maar in werkelijkheid waren dit helikopters van de politie die met warmtebeeldcamera’s zochten naar slachtoffers.

Een paar weken later konden ze geen motorzaag of sirene meer horen, en nog steeds triggeren deze geluiden bij velen herinneringen. Ik denk dat het belangrijk is om hier rekening mee te houden bij de crisisaanpak van een volgende ramp. Bij zo’n grote ramp is het misschien beter om de sirenes uit te zetten binnen de bebouwde kom. Het is namelijk wel duidelijk dat de voertuigen haast hebben en voorrang willen. De sirenes zijn niet nodig en geven onrust bij de bewoners.

De valwind heeft de woonomgeving van Leersum blijvend veranderd. Dit was een straat voor de valwind
Dit is dezelfde straat, alleen dan na de valwind. Foto: Wilco Willemse

Maar de inwoners hebben nog steeds het meeste last van het feit dat de directe woonomgeving en de natuur rondom Leersum blijvend veranderden.”

Hoe zou de overheid de nazorg beter kunnen regelen?
“Als burger verwacht je dat er een team van slachtofferhulp klaar staat na zo’n ramp. Je verwacht dat zij proactief naar de mensen toegaan om te helpen. Dat gebeurde niet.

Ik begreep dat dit in Duitsland wel zo werkt. Bij een groter incident of een ramp worden er daar op de meldkamer twee knoppen ingedrukt. De ene knop is voor het opschalen van de hulpdiensten, de andere voor de traumapsychologen – een geüniformeerde dienst - die meteen ondersteuning gaan geven aan de burgers én aan de hulpverleners. Ze doen dit zo snel mogelijk, want hoe langer je wacht, hoe groter de problemen tijdens de nasleep kunnen worden.”

Na de ramp volgde het schadeherstel. Kun je iets noemen dat in die fase beter had gekund?
“Na de ramp kwam er vanuit de burgers een roep om meer veiligheid op straat. Er kwamen voertuigen het dorp binnenrijden die je normaal gesproken alleen maar in het bos aan het werk ziet. Overal stonden hoogwerkers en hijskranen. Een deel van het dorp leek wel een industriegebied.

Er werd in het dorp met voertuigen gewerkt die je normaal gesproken alleen in het bos ziet. Foto: Hannelieke van de Beek

In die omgeving moesten ouders hun kinderen naar school brengen. Veel burgers hebben dat als onveilig ervaren. Er waren na het eerste weekend te weinig verkeersregelaars beschikbaar om dit in goede banen te leiden.

Ook zou het goed zijn om te onderzoeken hoe je na zo’n ramp het beste kunt omgaan met de vergunningverlening. Burgers moesten bijvoorbeeld een sloopvergunning aanvragen om hun kapotte schuur te verwijderen of een flora- en fauna-onderzoek laten uitvoeren in een totaal verwoeste tuin.

In deze omgeving moesten ouders na de ramp hun kinderen naar school brengen. Veel burgers hebben dat als onveilig ervaren. Foto: Erwin van Soest

Aan de andere kant waren er ook mensen die misbruik maakten van de situatie. Er gold een noodkapverordening, zodat de bomen die een gevaar vormden direct gekapt konden worden. Er zijn toen ook bomen weggehaald die geen gevaar vormden en waar buren al ruzie over hadden. Dus het zou goed zijn om nu al te onderzoeken hoe je na zo’n ramp soepeler met de vergunningverlening om kunt gaan, zonder dat mensen daar misbruik van gaan maken. Zijn er juridisch mogelijkheden tot een tijdelijke versoepeling?”

Tot slot, heeft de valwind Leersum ook iets gebracht?
“Ja, het bracht samenhorigheid te weeg. In het boek laat ik bijvoorbeeld Linda Duijn aan het woord. Zij vertelt hoe zij zich ineens verbonden en nabij voelde, ook bij onbekenden. ‘Wat ik normaal nooit zou doen, deed ik ineens: binnenlopen bij een ouder echtpaar in het nieuwe pand…Ik liep naar de man toe en sloeg m’n armen om hem heen. Z’n warme tranen voel ik nog. Misschien was dat wel het enige ‘mooie’ aan de 18e juni 2021: er waren geen drempels, er was oprecht contact’.”

Is die nabijheid gebleven, ook na de ramp?
“Niet helemaal. Leersum is een nuchter dorp. Mensen vinden het moeilijk om hun emoties te delen. Net na de ramp was er weinig ruimte voor emoties. Mensen moesten door met alle praktische dingen die ze moeten regelen. Ik merk dat die ruimte er door de publicatie van het boek nu wel is. De ramp is moeilijk weer te geven met foto’s en filmpjes. Woorden brengen wel over hoe het was. Ik hoop dat het boek helpt om de ramp een plek te geven.”

07 augustus 2023