Interview

Twan Jacobs, Roy Timmermans en Leon Triepels

Maaike Tindemans
Tekst:
Maaike Tindemans
Verwachte leestijd: 5 min

Watercrisis Limburg-Noord: ‘Het was teamsport op alle niveaus’

In de zomer van 2021 bereikte het water in de Noord-Limburgse rivieren recordhoogtes. Duizenden mensen moesten het gebied verlaten. Leon Triepels, Twan Jacobs en Roy Timmermans waren de operationeel leiders van de Veiligheidsregio Limburg-Noord tijdens deze crisis. Hoe kijken zij hierop terug?

Leon Triepels voelde de crisis al aankomen op maandag 12 juli. “Er werden toen regenclusters voorspeld met meer dan 50 mm neerslag in de Eifel en de Ardennen. Dat was al een belangrijk signaal dat het uit de hand kon gaan lopen. Daarom zijn we op maandagavond voor het eerst met een aantal mensen bij elkaar gekomen. Ook op dinsdag hebben we nog een aantal digitale overleggen gehad. Op woensdag werden we ingehaald door de werkelijkheid. We zagen de beelden uit het buitenland waar zelfs mensen overleden. Toen hebben we opgeschaald van GRIP 2 tot uiteindelijk GRIP 4.”

Hoe groot was de impact voor de regio Limburg-Noord?
“De impact op deze regio was groot. Maar het was op geen enkele manier te vergelijken met de crisis die zich in Zuid-Limburg voltrok. Daar werden complete dorpen overspoeld door het water. In België en Duitsland zijn er zelfs mensen overleden.”

Twan Jacobs: “Bij ons was de crisis veel beheersbaarder. We kregen niet te maken met een hoge piek, zoals in het zuiden, maar met een hoog plateau. Het water in de rivieren bereikte een bepaalde hoogte en op die hoogte bleef het urenlang staan. Daardoor verzadigden de dijken en het was spannend of de waterkeringen het wel zouden houden. Vervolgens daalde het water en wisten de burgemeesters van de betreffende gemeentes dat het weer veilig was.”

Leon: “Desalniettemin heeft het water in onze rivieren nog nooit zo hoog gestaan. De Roer voerde een hoeveelheid water af waarmee in geen enkel scenario werd rekening gehouden omdat het niet voor mogelijk werd gehouden. Ook het water in de Maas bereikte recordhoogtes. We wisten niet zeker wat er zou gebeuren als dat allemaal bij elkaar zou komen.”

Waren jullie voorbereid op een crisis als deze?
Roy Timmermans: “We hadden het ‘geluk’ dat we elkaar door de coronacrisis al heel vaak intensief gezien hadden. Dat was een groot voordeel, omdat je daardoor al behoorlijk goed op elkaar ingespeeld bent. Bovendien hadden we in april 2020 een grote crisis gehad, namelijk de Meinweg-brand. Tijdens zo’n crisis leer je elkaar goed kennen. Daardoor weet je dat je als team goed functioneert en dat je elke verrassing aankunt.”

Kun je enkele lessen noemen die jullie toen geleerd hebben en waar jullie nu profijt van hadden?
“De belasting van de teams bijvoorbeeld. Tijdens de Meinweg-brand gingen de teams 12 uur op en 12 uur af. We merkten toen dat dat te veel was. Daarom hebben we nu gewerkt met drie teams die telkens 8 uur achter elkaar werkten.”

Het water in de Noord-Limburgse rivieren had nog nooit zo hoog gestaan

Twan: “Ook op bestuurlijk niveau konden we gebruik maken van enkele belangrijke lessons learned. Tijdens de coronacrisis hadden we al regelmatig een digitaal corona-overleg met de verschillende gemeentes. We waren dus al gewend om tijdens een crisis op deze wijze te vergaderen.”

Hoe verliep de crisis vervolgens?
Leon: “Op woensdag schaalden we op naar GRIP 4. Dat betekent dat we alles in het werk hebben gezet om de burgemeesters zo goed mogelijk te helpen. We brachten zo goed mogelijk in kaart wanneer we welke waterstanden konden verwachten. En we maakten de vertaling naar wat dat betekende voor de gebieden achter de dijken. Daarbij gebruikten we de informatie die we kregen van Rijkswaterstaat en het Waterschap Limburg.

Het was wel bijzonder dat niet iedere gemeente in dezelfde fase van de crisis zat. Daarom hebben we halverwege de crisis de gemeentes opgedeeld in 3 groepen, namelijk gemeentes die in afwachting waren van het water, gemeentes die vol in de crisis zaten en gemeentes waar het water al geweest was.”

Twan: “Ik herinner me nog de opluchting die we voelden toen het plateau Venlo voorbij was. Daarmee had het hoge water alle grote gemeentes achter zich gelaten. Toch moesten we toen nog even door, omdat het hoge water in veel andere gemeentes nog moest komen.”

Wat waren de praktische zaken waardoor de crisis beheersbaar bleef?
“Dat we een aantal processen vooraf al goed hadden uitgedacht. De vergaderklokken is daar een voorbeeld van. Die waren goed op elkaar afgestemd. Daardoor was het voor iedereen duidelijk wie wanneer vergaderden.”

De regio kreeg hulp uit het hele land

Roy: “Ook hielp het om het scenario-denken buiten het OT te plaatsen. We kregen hulp van collega’s uit het hele land. Dat waren bijvoorbeeld algemeen commandanten van veiligheidsregio’s, brandweercommandanten of mensen van andere GHOR-bureaus. In aparte lokalen dachten zij verschillende scenario’s voor ons uit. Zo konden we ons in het OT op andere zaken focussen.”

Hadden zij wel voldoende kennis over de regio om goede scenario’s te maken?
“Natuurlijk hadden zij weinig kennis over de regio. Maar dat is geen probleem. Het belangrijkste is dat zij de processen kennen. En omdat we in heel Nederland bij alle veiligheidsregio’s op ongeveer dezelfde manier werken, waren zij goed in staat om ons te helpen. Soms merkten we zelfs dat het een voordeel was dat zij de regio niet kenden. Daardoor keken zij echt alleen naar de feiten en kwamen zij misschien wel tot betere scenario’s.”

Zijn er ook elementen waar jullie tijdens de crisis in gegroeid zijn?
Leon: “Ja, we hebben een mooie ontwikkeling laten zien in de persconferenties. De eerste persconferenties zaten nog een beetje houtje touwtje aan elkaar. Daar zijn we tijdens de crisis steeds beter in geworden.”

Twan: “Ook daarin zag je de invloed van de externen. We kregen namelijk ook hulp van communicatiedeskundigen. We vroegen hen hoe zij dit zouden doen. We kregen inhoudelijke en praktische tips zoals ‘doe die mouwen eens omhoog’ en ‘doe die stropdas eens af’.”

Wat waren qua crisiscommunicatie inhoudelijk de belangrijkste uitdagingen?
Roy: “De belangrijkste vraag was: hoe zorgen we ervoor dat we het verhaal zo goed mogelijk vertellen? We hadden als veiligheidsregio heel veel data, bijvoorbeeld over waterstanden en plateaus. Hoe zorg je ervoor dat iedereen die informatie begrijpt? En hoe vertaal je al die informatie naar handelingsperspectieven, het liefste op postcodeniveau? Je kunt namelijk nog zoveel data hebben, maar een bestuurder wil maar één ding weten: moeten we wel of niet evacueren? Ik merkte dat ik daarin ook een eigen leercurve doormaakte. Ik weet namelijk niets van water. Dus ik was gedwongen om te vertrouwen op de deskundigen om mij heen.”

Twan: “Dat had ik ook. En tegelijkertijd gaf het me ook rust dat we volledig moesten vertrouwen op de deskundigen. Het zorgde voor een natuurlijke rolzuiverheid.”

Waren er meer uitdagingen?
“Ja, er ontstonden ook veel lokale initiatieven. Burgers gingen bijvoorbeeld helpen met het vullen van zandzakken. Hoe zorg je dat je grip houdt op dat geheel? Wij merkten dat het vooral belangrijk is om te accepteren dat die hulp er is. We wilden wel graag weten waar die initiatieven ontstonden, zodat we het overzicht hielden.”

Roy: “Ook de spookverhalen op social media waren een uitdaging. Willem Engel beweerde bijvoorbeeld dat er helemaal geen hoog water was. Daar hebben we niets mee gedaan, want dat regelde zichzelf. Anderen corrigeerden hem. Maar er werd bijvoorbeeld ook beweerd dat er een woontoren op instorten stond. We hebben toen wel gecommuniceerd dat het hier om een broodje aap-verhaal ging.”

Twan: “En er ging ook wel eens iets mis. Een agent uit Den Haag reed bijvoorbeeld met veel toeters en bellen een dorp in. Hij riep de inwoners op om te evacueren. Al snel bleek dat hij in het verkeerde dorp was. Zoiets kan gebeuren tijdens een crisis, zeker als je met mensen werkt die de omgeving niet kennen. Dat zorgde voor veel verwarring. We hebben dat daarna weer recht gezet.”

Wat zijn belangrijke lessons learned voor een volgende crisis?
“We hebben de voorspellingen van de waterstanden nu per gemeente gecommuniceerd. Dat was verwarrend voor de mensen die dicht bij de gemeentegrens wonen. Zij krijgen daardoor andere informatie dan hun buurman die in de naastgelegen gemeente woont. Daar moeten we de volgende keer misschien anders mee omgaan.”

Roy: “En voor de gemeentes is het belangrijk om met de samenleving aan de slag te gaan. De inwoners van de gemeentes willen graag weten wat ze kunnen doen om zich tegen het water te beschermen. Het waterschap maakt daar al gebruik van. Zij hebben in dit gebied zo’n 500 dijkwachten. Dat zijn de ogen en oren van de organisatie. Burgers kunnen ook veel voor de gemeentes betekenen door bijvoorbeeld te ondersteunen met het vullen en plaatsen van zandzakken.

Burgers kunnen veel voor de gemeentes betekenen, bijvoorbeeld door zandzakken te plaatsen

Ook merkten we tijdens deze crisis dat veel burgers niet weg wilden. Bij gevaarlijke situaties moeten we hen natuurlijk overtuigen om het gebied te verlaten. Maar de mensen die echt willen blijven, moeten we ook faciliteren, bijvoorbeeld door zandzakken uit te delen. Zo kunnen ze hun woning en hun gebied zo veilig mogelijk maken. Veel gemeentes hebben inmiddels al burgeravonden georganiseerd, waardoor de aansluiting met de samenleving beter wordt.”

Wat zou je willen zeggen tegen collega’s die met een vergelijkbare crisis te maken krijgen?
Twan: “Je hoeft het niet alleen te doen. Dus: laat je helpen. We hebben tijdens deze crisis niet alleen hulp gekregen van collega’s uit andere regio’s. De hulp kwam soms ook uit onverwachtse hoek. We wilden bijvoorbeeld verschillende campingeigenaren waarschuwen. Maar we hadden hun gegevens niet. Vervolgens werden we benaderd door Recron. Dat is de brancheorganisatie van recreatiebedrijven. Zij hadden die bereikbaarheidsgegevens wel.

Ook moest er veel vee getransporteerd worden. Vervolgens werden we benaderd door de brancheorganisatie van veetransporteurs. Zij konden ons precies vertellen waar al hun leden gevestigd zijn.”

Leon: “Zorg dat je vitale objecten niet in een gebied plaatst dat kan overstromen. We kwamen er nu achter dat er een datacentrum gevestigd is in een gebied dat dreigde te overstromen. Als dat werkelijk gebeurd was, was de schade niet meer te overzien geweest.”

Roy: “En waardeer de inzet van de mensen op alle niveaus. Niet alleen de professionals hebben zich ingezet tijdens deze crisis, maar bijvoorbeeld ook de buurtschappen en de individuele burgers. Zo zijn er mensen geweest die hun alleenstaande buurvrouw hebben geholpen. Crisisbeheersing is echt teamsport voor iedereen.”

16 maart 2022