Veiligheidsregio ontwikkelt gedragscampagne voor inwoners ‘We willen van denken naar doen’
Het is belangrijk dat inwoners zich voorbereiden op noodsituaties. Maar hoe zorg je ervoor dat zij dit ook echt gaan doen? Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland startte dit jaar een campagne die gericht is op gedragsverandering. Zij hopen dat andere veiligheidsregio’s zullen volgen.
Veiligheidsregio’s staan op dit moment voor een uitdagende opgave. Ze moeten inwoners niet alleen voorbereiden op een ‘brandveilig leven’, maar ook op een ‘veilig leven’ in de bredere zin.
“Ook voor ons is dat een zoektocht geweest”, zegt Noortje Wolters, adviseur Risicobewustzijn en Gedrag. Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland (VNOG) deed onderzoek in de regio en ontwikkelde een campagne die aansluit bij de Denk Vooruit-campagne van NCTV. De campagne is gericht op gedragsverandering rondom het noodpakket. “Zo’n 69% van de mensen vindt dat iedereen een noodpakket in huis zou moeten hebben”, zegt Laura Mulders, adviseur Risicobewustzijn en Gedrag. “Maar we zien dat niet iedereen ook daadwerkelijk het noodpakket in huis heeft. Slechts een klein deel schaft de spullen uit het noodpakket vervolgens ook aan. Met deze campagne willen we dat gat tussen denken en doen dichten.”
De campagne is direct bruikbaar voor iedere regio. Sterker nog, Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland heeft een gedragsinstrument ontwikkeld waarmee elke regio een gedragscampagne kan ontwikkelen. “In het gedragsinstrument voor veiligheidsregio’s word je stap voor stap meegenomen in het hele proces van gedragsverandering”, legt Noortje uit. “Dus: wat is je vraagstuk? Welke onderzoeken horen daarbij? Op welke gedragingen zet je in? En hoe giet je dat vervolgens in een interventie? Wij zijn in deze fase van de campagne uitgekomen bij checkflyers bij voedselbanken, abri’s, online advertenties, posts op social media en een video. Bij andere gedragsdoelen in andere regio’s kan daar iets heel anders uitrollen.”
Jullie hebben in jullie eigen regio gekozen voor een campagne die past bij de dreiging van een langdurige stroomuitval. Waarom hebben jullie daarvoor gekozen?
“We vonden het belangrijk om het perspectief van inwoners centraal te stellen. Daarom hebben we een groot onderzoek gedaan naar de risicoperceptie van inwoners in onze regio. Waar maken zij zich het meeste zorgen over?
Uit één van deze onderzoeken is een top 5 van risico’s gekomen. Inwoners in deze regio maken zich de meeste zorgen over een uitbraak van een nieuw menselijk virus, de gevolgen van hitte en droogte, langdurige uitval van elektriciteit, uitval van telecommunicatie en extreme weersomstandigheden.
De keuze voor het risico van stroomuitval komt voort uit dit onderzoek. Mensen maken zich daar zorgen over, want we zijn in ons dagelijks leven allemaal afhankelijk van elektriciteit. De levering van elektriciteit wordt steeds onzekerder, vanwege de internationale spanningen en omdat het net vol raakt. De uitval van telecommunicatie ligt in het verlengde daarvan. Dit lees je terug in het nieuws en dat lezen inwoners ook.”
Hoe hebben jullie de campagne aangepakt?
“We zijn met energieleverancier Alliander in gesprek gegaan om te onderzoeken wat inwoners kunnen doen om zich voor te bereiden op stroomuitval. Daaruit bleek dat het goed is om aan te sluiten bij de boodschap om een noodpakket aan te schaffen. Met een noodpakket kunnen inwoners zich bij een langdurige stroomuitval 24 tot 72 uur zelf redden.”
Wat hebben jullie vervolgens gedaan?
“We hebben een flitspeiling onder inwoners in onze regio gehouden. Hiermee hebben we geïnventariseerd wat inwoners al weten over langdurige stroomuitval en het aanschaffen van een noodpakket. De resultaten lieten zien dat het onderwerp nog vrij onbekend is en er nauwelijks over gesproken wordt met anderen. We hebben in Nederland vrijwel nooit met langdurige stroomuitval te maken. Daarom vinden inwoners het vanzelfsprekend dat er altijd elektriciteit is en verwacht men niet dat een stroomstoring hen zal overkomen.
We hebben ook gekeken wat er al beschikbaar is op dit thema. NCTV heeft het platform ‘Denk vooruit’ ontwikkeld waarin zij inwoners laagdrempelig informeren over risico’s en het noodpakket. We hebben contact gezocht met de NCTV en gevraagd of we hun campagne mochten doorontwikkelen voor een regionale campagne.”
Hoe hebben jullie de campagne opgezet?
“We zijn tot de conclusie gekomen dat er qua veilig gedrag nog veel verbeterd kan worden. Daarom hebben we besloten om de campagne in 4 fases op te bouwen. Dat doen we over een periode van 2 jaar waarin we 4 campagnes uitrollen om inwoners te stimuleren zich voor te bereiden op noodsituaties. Op die manier willen we inwoners stap voor stap meenemen naar een verbeterde veiligheidsmindset. Een belangrijke eerste stap is dat inwoners het normaler gaan vinden om te praten over het voorbereiden op noodsituaties en dat zij het normaler gaan vinden om hier zelf over na te gaan denken.
Fase 1 van de campagne is: Check welke spullen van het noodpakket je al in huis hebt. In deze fase willen we bekendheid geven aan het voorbereiden op een noodsituatie, en aan het platform ‘Denk vooruit’ van NCTV in het algemeen.
'De campagne is in 4 fases opgebouwd'
Vervolgens is er een pilot van de campagne uitgevoerd in één gemeente. We hebben in deze gemeente onder andere een social mediacampagne uitgevoerd en er zijn abri-posters opgehangen in bushokjes. Zo hebben we inwoners laagdrempelig laten kennismaken met de boodschap. We hebben deze pilot net afgerond en afgesloten met een effectmeting.
Op dit moment staan we aan de start om deze fase van de campagne uit te rollen over onze hele regio, bij 22 gemeenten. Dit doen we met betaalde social media advertenties, abri's en aandacht voor het onderwerp in lokale media. Ook hebben we een communicatietoolkit ontwikkeld voor gemeenten zodat zij onze boodschap kunnen delen. Dit najaar starten we met fase 2 van de campagne.”
Hoe zien fase 2 tot en met 4 eruit?
“De boodschap van fase 2 is: koop ontbrekende spullen voor in het noodpakket. Fase 3 focust zich op: leg alle spullen op 1 plek en in fase 4 stimuleren we inwoners om te controleren of alle producten in het noodpakket nog houdbaar en werkend zijn. Per fase kijken we naar het doelgedrag en wat daarvoor nodig is. Dit doen we onderbouwd met peilingen en effectmetingen uit de voorgaande fases.”
Jullie hebben de eerste pilot van de campagne net afgerond. Wat zijn de resultaten?
“De campagne heeft al goede resultaten opgeleverd. De reacties op de social media posts uit de pilot geven ons een indruk van het sentiment dat er in de samenleving leeft. Ook hebben we in de evaluatie een neuromarketingbureau ingezet. Zij hebben met EEG (Electro-encefalografie) onderzocht hoe het brein reageert op onze campagne. Hieruit blijkt dat de boodschap eenvoudig te verwerken is, geen angst oproept en een bijdrage levert aan het doel dat we voor ogen hebben. Een mooi resultaat.
'De website is vaker bezocht dan voorheen'
In de campagne verwijzen we naar het platform Denkvooruit.nl van NCTV. Deze website is vaker bezocht dan voorheen door de inzet van onze campagne.”
Jullie hebben voor deze campagne samengewerkt met NCTV. Hoe hebben jullie voor een goede samenwerking gezorgd?
“De NCTV had al het platform ‘Denk vooruit’, maar de bijbehorende middelen waren enkele jaren geleden al ontwikkeld. We hebben in overleg met NCTV besloten om de campagne op te frissen en door te ontwikkelen. Voor het ontwikkelen van de materialen hebben we samengewerkt met het bureau waar NCTV mee heeft samengewerkt voor Denk Vooruit. In deze hele campagne staat het goede gedrag centraal. We hebben nog regelmatig overleggen met NCTV, ook in het kader van de volgende fases van de campagne en een eventuele landelijke uitrol.”
Wat vond NCTV ervan dat jullie hun campagne gingen doorontwikkelen?
“We hebben onze campagne in nauwe afstemming met NCTV ontwikkeld. Zij waren positief dat wij wilden aansluiten bij hun campagne. Dat geeft uniformiteit en eenduidigheid. NCTV gaat onze middelen op hun website ter beschikking stellen voor de andere 24 veiligheidsregio’s en partners.”
Jullie zouden het goed vinden als ook andere veiligheidsregio’s met de campagne aan de slag gaan. Wat is de kracht van jullie aanpak? En waar moeten ze op letten bij het toepassen daarvan?
“De kracht is dat we hebben onderzocht welke gedragsfactoren ten grondslag liggen aan het aanschaffen van een noodpakket. Zo kunnen we in onze campagne gericht mensen stimuleren. Daarnaast vinden we het belangrijk om geen losse middelen in eigen huisstijl te maken, maar dat we zoveel mogelijk aansluiten bij (landelijke) campagnes die er al zijn. Zo blijft de boodschap herkenbaar. Wij hebben dat nu voor stroomuitval gedaan. Maar ons ontwikkelformat voor campagnes is natuurlijk ook toepasbaar voor andere risico’s.”
Hebben jullie al contact gehad met andere veiligheidsregio’s? En hoe hebben zij gereageerd?
“Ja, zeker. We hebben een presentatie gehouden bij een landelijk overleg van NCTV. Meerdere regio’s hebben bij ons aangeklopt om gebruik te maken van onze materialen. We zouden het fantastisch vinden als uiteindelijk álle veiligheidsregio's dezelfde boodschap gaan uitdragen.”
Wat hopen jullie met deze campagne te bereiken?
“We hopen dat het een denkproces op gang brengt en dat mensen zich gaan realiseren wat het betekent als de stroom langdurig uitvalt. In onze flitspeiling kwam bijvoorbeeld naar voren dat inwoners het gevoel hadden om al goed voorbereid te zijn met een powerbank in huis. Of ze gaven aan dat ze bij een stroomuitval informatie zouden opzoeken op internet over wat ze moeten doen. Maar bij een langdurige stroomuitval kan ook het internet niet toegankelijk zijn.
Ook hopen we dat inwoners gaan ervaren dat het weinig moeite kost en niet duur hoeft te zijn om je voor te bereiden op noodsituaties. Het gaat om het aanschaffen van eenvoudige spullen, zoals lucifers, eten en drinken, een radio, een powerbank en kaarsen. Uit onze flitspeiling bleek dat het merendeel van de inwoners al veel van deze spullen in huis heeft. Ze zijn beter voorbereid dan ze denken! Het is een kleine moeite om het noodpakket compleet te maken en daarmee ben je al veel beter voorbereid.”
Wat hopen jullie te bereiken in de maatschappij in zijn geheel?
“Het thema maatschappelijke veerkracht is natuurlijk on top-of-mind. Veel overheden en maatschappelijke organisaties zetten zich in om de zelfredzaamheid van burgers te vergroten. Wij hopen met onze campagnes een steentje bij te dragen aan het grotere geheel.”
Heb je als veiligheidsregio of als andere regio interesse in het gedragsinstrument? Neem dan contact op met Noortje Wolters, n.wolters@vnog.nl.