Actueel
Maaike Tindemans
Tekst:
Maaike Tindemans
Verwachte leestijd: 3 min

‘Het kabinet misbruikte het Veiligheidsberaad’

Is de coronacrisis bestuurlijk goed gemanaged? Of werd het Veiligheidsberaad misbruikt om besluiten er doorheen te drukken? Deze en andere vragen stonden centraal tijdens het kennisevent ‘Samenwerken in coronatijd’, georganiseerd door het IFV en de veiligheidsregio Utrecht.

“Ik vind dat het kabinet de coronacrisis in de eerste fase goed heeft aangepakt”, zegt Paul ’t Hart, hoogleraar Bestuurskunde aan de Universiteit Utrecht. “Ze zorgden voor aansturing van bovenaf. Ze hadden ook voor een bottom-up-aanpak kunnen kiezen. Dat hebben ze in de zomer van 2020 geprobeerd. Ze besloten toen om de crisis regionaal te laten managen. We hebben gezien hoe ingewikkeld dat was.”

Veiligheidsberaad
De vraag die op tafel ligt, is: hebben we het managen van de coronacrisis te bestuurlijk gemaakt? “Nee, het was niet te bestuurlijk, want het ging om verdelingsvraagstukken”, zegt ’t Hart. “Die horen bij de politiek thuis.” Victor Molkenboer, burgemeester van Woerden, zegt dat de coronacrisis niet alleen bestuurlijk werd aangepakt. “Op een gegeven moment werd het ook binnen het Veiligheidsberaad meer politiek.” Als gemeente werd hij vertegenwoordigd in het Veligheidsberaad en woonde hij ook een enkele vergadering bij. “De grote steden waren daarin behoorlijk dominant met veel persoonlijke opvattingen. Ik vroeg me wel eens af of zij ook de belangen van de andere gemeentes uit hun regio goed vertegenwoordigden.”

Burgemeester Victor Molkenboer (rechts) merkte dat de crisisaanpak binnen het Veiligheidsberaad steeds politieker werd

“En we merkten dat het kabinet het Veiligheidsberaad wel eens misbruikte. Zij legden het beleid bij ons neer. Vervolgens zeiden zij in de media dat we het met hen eens waren én dat we het gingen uitvoeren. Maar we hadden geen keuze. We moesten wel. Zeker in het begin werd er onvoldoende geluisterd naar de klank van onderaf. Later werden de opvattingen van de burgemeesters wel beter naar boven geleid.”

Follow the leader
Mart de Kruif, voormalig commandant der landstrijdkrachten, zegt dat dit ritme kenmerkend is voor vrijwel iedere crisis. “In de eerste fase overheerst altijd het gevoel van: ‘What the fuck overkomt ons?’. Daarop volgt fase 2: ‘Follow the leader’. In fase 3 merken mensen dat er geen of onvoldoende licht komt aan het einde van de tunnel. Ze gaan hun eigen domein bewaken. Ze gaan zich afvragen: wat betekent de crisis voor mij? In de eerste en tweede fase is de leiding vrijwel altijd centraal. In fase 3 moet iedereen de ruimte krijgen om zijn of haar mening te geven.”

'Je moet accepteren dat er verschillen ontstaan'

“Maar dat betekent ook dat er verschillen ontstaan in de uitvoering”, zegt gespreksleider Peter Bos, kwartiermaker Onderzoek en Onderwijs bij het IFV. “Accepteer je die verschillen? En hoe maak je duidelijk dat die verschillen acceptabel zijn?”

De Kruif vertelt dat hij ook bij Defensie regelmatig met dit soort verschillen te maken kreeg. “We werkten soms met 24 landen tegelijk samen. Die landen waren het lang niet altijd met elkaar eens. Maar uiteindelijk wordt het succes bepaald door de militairen op de grond. Je moet accepteren dat er daardoor verschillen ontstaan. Amsterdam is anders dan Woerden. Daar hoort dus ook een andere aanpak bij.”

Fouten
Toch zegt Molkenboer dat de burgemeesters wel degelijk hun best hebben gedaan om te doen wat er moest gebeuren. “Maar het beleid was niet goed uitlegbaar en we misten de eenduidigheid in de communicatie. Niettemin is er, dankzij de burgemeesters en hun colleges, veel goed verlopen en uitgevoerd binnen de gemeenten van ons land.” De Kruif: “Het slechte nieuws is dat je die duidelijkheid nooit zult krijgen. Zo werkt het niet in een crisis.”

Veel maatregelen werden goed uitgevoerd, zoals de controle op het houden van afstand

Schrijver en wetenschapper Rosanne Hertzberger zegt dat het al een stuk gemakkelijker was geweest als de overheid vertrouwenwekkend beleid gevoerd had. Ze noemt op wat er allemaal fout ging tijdens de crisis. Dat begon al met een verkeerde inschatting van het probleem door RIVM-baas Jaap van Dissel. Hij verwachtte dat het virus in Italië zou blijven, en later hoopte hij dat we het in Noord-Brabant onder controle zouden houden. “Het was beter geweest als we er dichter bovenop hadden gezeten. Met testen en traceren hadden we de beginnende brandjes uit kunnen trappen, waardoor het nooit zo groot was geworden.” Ook noemt ze de mondkapjes die volgens Van Dissel eerst niet effectief zouden zijn, en later toch weer wel. En de avondklok die er absoluut niet zou komen en later toch ingevoerd werd.

Ruimte en vertrouwen
“De derde fase van een crisis is het moeilijkste”, erkent De Kruif. “Het is essentieel om dit goed te evalueren. En als je weet dat de burgemeesters voor een belangrijk deel bepalend zijn voor een succesvolle crisisaanpak, dan is het belangrijk om daar goed naar te kijken. Zij hebben de ruimte en het vertrouwen nodig om op hun eigen manier invulling te geven aan het beleid. En natuurlijk gaat er wel eens wat fout. Een voorbeeld daarvan is de demonstratie in Amsterdam waarbij er onvoldoende afstand werd gehouden. Het is niet fair om alleen de burgemeester daarop af te rekenen. Als rijksoverheid blijf je verantwoordelijk voor het beleid als geheel.”

'Chaos is normaal in elke crisis'

’t Hart zegt bovendien dat de rijksoverheid op veel andere vlakken een geweldige prestatie heeft geleverd. Als voorbeeld noemt hij de steunmaatregelen die in één week gerealiseerd werden. “Maar ze deden bijvoorbeeld ook alsof er een routekaart was waarmee we uit deze crisis zouden komen”, zegt Molkenboer. “Naarmate de crisis langer duurde, werd het duidelijk dat die routekaart niet reëel was.”

Evaluatie
De Kruif noemt nogmaals het belang evalueren. “Chaos is normaal in elke crisis. Maar het is wel belangrijk om te kijken of de crisis conceptueel en qua leiderschap goed is aangepakt. En als je te vroeg dingen belooft, bijvoorbeeld in een routekaart, dan is dat schadelijk voor de langere termijn. Het is belangrijk om dat soort fouten te benoemen zodat we daarvan leren voor de volgende keer.”

19 oktober 2021