Interview
Maaike Tindemans
Tekst:
Maaike Tindemans
Verwachte leestijd: 3 min

PDPC: ‘We hebben meer interdisciplinaire kennis over grote rampen nodig’

Grote rampen vragen om een interdisciplinaire aanpak. Daarom hebben het Erasmus MC, de TU Delft en de Erasmus Universiteit Rotterdam de handen ineen geslagen en het Pandemic and Disaster Preparedness Center (PDPC) opgericht. Wat kunnen we de komende jaren van het PDPC verwachten? Een interview met medisch directeur Anja Schreijer en Senior Technical Officer Bas Kolen.

“Voor de coronacrisis werd er te weinig geïnvesteerd in interdisciplinaire wetenschappelijke kennis over grote rampen”, zegt Anja Schreijer. “Natuurlijk hebben we wereldwijd veel wetenschappelijke kennis over afzonderlijke risico’s, bijvoorbeeld over infectieziektes en klimaatverandering. Maar om goed voorbereid te zijn op grote rampen is het belangrijk om die vakgebieden met elkaar te verbinden. Daarom is op initiatief van viroloog Marion Koopmans vorig jaar het PDPC opgericht. Binnen het PDPC doorbreken we de silo’s en doen we interdisciplinair onderzoek, zodat we bij een volgende crisis beter voorbereid zijn.”

Waarom is het zo belangrijk om vakgebieden met elkaar te verbinden?
“Omdat er veel raakvlakken zijn. Tijdens de coronapandemie werd dat goed zichtbaar. De overheid nam maatregelen om de infectieziekte te bestrijden, maar dat had negatieve gevolgen voor de economie en het onderwijs.

Maatregelen die nodig waren om de pandemie te bestrijden, hadden negatieve gevolgen voor verschillende sectoren

Dat geldt ook voor andere risico’s. Om wateroverlast te voorkomen, worden er in Nederland wadi’s aangelegd. Dit zijn plekken waar regenwater wordt opgevangen. Met het aanleggen van wadi’s ontstaan er mogelijk weer nieuwe risico’s zoals de toename in muggen en muggensoorten. Zij kunnen nieuwe infectieziektes verspreiden. Daarom is het zo belangrijk om interdisciplinair naar dit soort thema’s te kijken. Zo voorkom je dat je met de oplossing voor het ene thema, een nieuw probleem creëert op een ander vlak.”

Jullie focus ligt op de thema’s ‘klimaat’, ‘overstromingen’ en ‘pandemieën’. Maar Nederland kan natuurlijk ook door andere grote rampen getroffen worden. Cybercriminelen kunnen bijvoorbeeld een groot gedeelte van een vitale sector stilleggen, waardoor de samenleving ontregeld raakt. Waarom hebben jullie er toch voor gekozen om je hoofdzakelijk te focussen op deze drie thema’s?
Bas: “Overstromingen en pandemieën zijn de grootste rampen die Nederland kunnen treffen en door klimaatverandering neemt dit risico toe. In combinatie met onze gebundelde state of the art kennis op deze onderwerpen kunnen we het verschil maken door ze in samenhang te bekijken. Vandaar onze focus.

Senior Technical Officer Bas Kolen: 'We focussen ons op onderzoek naar grote rampen die systeemoverstijgende gevolgen hebben'

Ik kan me voorstellen dat we daar in de toekomst thema’s aan toevoegen. We houden daarbij wel de focus op onderzoek naar grote rampen die systeemoverstijgende gevolgen hebben voor de samenleving en de voorbereiding daarop.”

Kun je enkele onderzoeken noemen die jullie op dit moment doen?
“Vooralsnog ligt de focus op vijf frontrunner-projecten. Een voorbeeld van zo’n project is onderzoek dat we doen naar het voorspellen, meten en kwantificeren van virusoverdracht via de lucht. De resultaten van dit onderzoek kunnen gebruikt worden voor de ontwikkeling van slimmere ventilatiesystemen of voor het beter voorspellen van besmettingen. In dit onderzoek komt dus onze kennis over infectieziektebestrijding en ruimtelijk ontwerp samen.

Welke overeenkomsten zijn er tussen de crisisaanpak bij een pandemie en een overstroming?

In een tweede frontrunner-project kijken we naar de parallellen tussen twee grote rampen, namelijk een pandemie en een overstroming. Deze crises lijken erg verschillend. Toch zijn er wel degelijk overeenkomsten. Bij beide rampen moeten besluitvormers bijvoorbeeld omgaan met onzekerheid in de verwachtingen, onzekerheid in hoe mensen reageren op maatregelen, overbelaste gezondheidsdiensten en ingewikkelde coördinatiestructuren. In dit onderzoek zoomen we in op de effecten van deze rampen op de kritische infrastructuur, het gezondheidssysteem en de samenleving. Zo leren we hoe we hier de volgende keer beter mee om kunnen gaan. Het doel is zowel zorgen dat we minder kwetsbaar zijn, als de preparedness vergroten.

De andere frontrunner-projecten gaan over de relatie tussen virusuitbraken en klimaatverandering, de mogelijkheden voor het opzetten van een vroegtijdig waarschuwingssysteem voor opkomende pandemieën en de mogelijkheden voor het vergroten van de veerkracht na een ramp, zoals een pandemie.”

Hoe willen jullie vervolgens de brug slaan naar het onderwijs en naar de praktijk?
Anja: “Dat gaan we doen met de PDPC Academy. Binnen de Academy willen we korte termijn onderzoek gaan doen in de driehoek beleid, praktijk en wetenschap. Daarnaast willen we onze kennis delen middels onderwijs.

We zijn nu bijvoorbeeld bezig met het grondig, inhoudelijk evalueren van de pandemie. We vragen aan deskundigen van verschillende disciplines welke kennis zij gemist hebben tijdens de pandemie. Welke kennis hadden zij graag willen hebben waardoor zij betere besluiten hadden kunnen nemen? Deze evaluatie geeft ons input voor het samenstellen van een kennisagenda.”

Wat is jullie wens of ambitie voor de toekomst?
“Voor ons is het vooral belangrijk dat het kabinet structureel meer gaat investeren in een betere voorbereiding op grote rampen. Ik maak wel eens de vergelijking met de watersnoodramp in 1953. Na die ramp investeerde de overheid in een Deltaplan waardoor we structureel beter beschermd zijn tegen het water.

'Het blijft pappen en nathouden'

Nu hebben we weer een grote crisis doorgemaakt. En de dreiging is nog niet weg. Gaan we hiervan leren of wordt het weer panic and neglect? Wereldwijd zijn alle ingrediënten voor een volgende grote crisis nog altijd aanwezig. We reizen bijvoorbeeld nog altijd veel waardoor nieuwe infectieziektes zich gemakkelijk kunnen verspreiden. Toch zien we dat de aandacht voor een goede voorbereiding op een volgende crisis langzaam wegebt. Daardoor blijft het pappen en nathouden. Met een structurele investering kunnen we werken aan duurzame oplossingen waardoor we bij een volgende crisis beter voorbereid zijn.”

08 juni 2022